In gesprek met Elke Daalmans, programmaleider onderwijs en jeugdhulp.
Elke Daalmans is geboren in de Achterhoek. Ze verhuisde vervolgens naar Noord-Limburg en Brabant en deed Pabo en Onderwijskunde in Nijmegen. Ze was 26, stond voor de klas en moest nog de laatste loodjes van haar studie afronden toen ze bedacht om verkennend te solliciteren. Dat resulteerde in een baan bij een onderwijsadviesbureau in Den Bosch waar ze zich richtte op het Jonge Kind. Bijna 10 jaar later ging ze werken op de Pabo als docent en studie- en loopbaanbegeleider. Uiteindelijk ging ze opnieuw aan de slag als onderwijsadviseur bij een bureau in Helmond en kwam ze vervolgens bij BCO terecht.
Waar ligt je focus bij BCO?
Elke: ‘Ik werk nu zo’n 9 jaar als onderwijsadviseur bij BCO met expertise Het Jonge Kind. Sinds 7 jaar richt ik me op het snijvlak Gemeente, Onderwijs, Jeugdhulp en Kinderopvang, aandachtsgebieden waar ik al eerder mee vertrouwd was. Mijn ervaring als leerkracht komt daarbij van pas, maar ook de lange ervaring als onderwijsadviseur. Ik weet wat er speelt en wat er nodig is. In mijn werk ben ik de schakel tussen beleid en uitvoering.’
Met welk project ben je bezig?
‘Ik werk nu voor meerdere gemeenten. Voor de gemeente Helmond ben ik werkzaam als externe coördinator onderwijsachterstandenbeleid en voor- en vroegschoolse educatie. Daar ben ik een soort spin in het web tussen de scholen, kinderopvang, de GGD/JGZ en het Samenwerkingsverband. Ik maak verbindingen tussen de diverse partijen en luister naar waar ze in hun praktijk behoefte aan hebben. Dat vertaal ik vervolgens door naar tactisch en strategisch niveau. Andersom ben ik betrokken bij het tastbaar maken van beleid in de praktijk.’
'Mijn doel is dat samenwerking effectief is en er een tastbare positieve ontwikkeling ontstaat. Dat we erin slagen om samen zaken voor elkaar te krijgen. Ik zie bij BCO veel bevlogen mensen die iets willen betekenen. Dat vind ik mooi. Ik denk dat iedereen op zijn of haar manier wel invulling geeft aan het motto ‘mensen die je raken.’ Kwaliteit leveren staat centraal bij BCO.'
Waar krijg je energie van?
‘Ik vind het fijn dat mijn werk heel afwisselend is. De ene keer zit ik met directeuren, managers en bestuurders om de tafel en de andere keer met pedagogisch medewerkers en leerkrachten. Ik ben in mijn element als ik kan verbinden. Als ik in dialoog kan gaan met de betrokken partijen en draagvlak kan creëren voor gezamenlijke ambities. Mijn doel is dat samenwerking effectief is en er een tastbare positieve ontwikkeling ontstaat. Dat we erin slagen om samen zaken voor elkaar te krijgen. Ik zie bij BCO veel bevlogen mensen die iets willen betekenen. Dat vind ik mooi. Ik denk dat iedereen op zijn of haar manier wel invulling geeft aan het motto ‘mensen die je raken.’ Kwaliteit leveren staat centraal bij BCO.’
Welke kwaliteiten zet je in?
‘Je moet in dit werk goed aan kunnen voelen hoe de verhoudingen en belangen liggen. Het vraagt ook goed kunnen schakelen tussen het grotere plaatje en de concrete consequenties en effecten voor professionals, kinderen en jongeren. Hoewel ik in eerste instantie vanuit mijn kennis en ervaring aan tafel zit, investeer ik vooral in de relatie. Dat is ook waarin we bij BCO het verschil maken. Ik besef dat ik niet tot in detail op de hoogte kan zijn van alle inhoudelijke aspecten in de verschillende domeinen waarmee ik te maken heb. Het gaat erom dat we samen verkennen waar we elkaar kunnen versterken. In het belang van de beoogde duurzame ontwikkeling is het ook wel eens nodig om tegengas te geven, om andere perspectieven op tafel te brengen. Hoe hectisch het soms kan worden, ik blijf daar meestal heel rustig onder. Ik doe gewoon stap voor stap wat nodig is. Iedere situatie vraagt om een andere oplossing, om herijken. Dat leerde ik als kind al. Mijn moeder zei altijd: ‘je lijdt het meest onder het lijden dat je vreest. Daarom ben ik niet zo snel bang voor wat nieuw en onverwacht is. Ik spring gemakkelijk in het diepe, zeker als ik weet dat er hulplijnen zijn in de vorm van collega’s die ik kan inschakelen als het nodig is.’
Welke ontwikkelingen zie je in het veld?
‘Ik merk dat er nog best veel ‘eilandjes denken’ bestaat en dat veel professionals graag de bestaande realiteit willen behouden. Dat staat de vereiste beweging wel eens in de weg. De complexiteit van vraagstukken maakt dat we naar meer integrale oplossingen moeten zoeken. Dat we in co-creatie ontwikkelingen vorm geven. BCO kan hierin een regierol vervullen. Wij hebben de breedte in expertises en kunnen daartussen de dwarsverbanden maken. Er komt veel op professionals in onderwijs, jeugdhulp en kinderopvang af en de uitdaging voor ons is hoe we hen daarbij het beste kunnen ondersteunen. Hoe we ontwikkelingen in goede banen leiden, de verbinding met elkaar behouden en de goede dingen blijven doen, met behoud van werkgeluk. Dan gaat het om het versterken van weerbaarheid, vertrouwen hebben in je eigen professionaliteit en ergens voor durven staan. Ik zie vaak terug bij pedagogisch medewerkers en leerkrachten dat ze dit lastig vinden. Ik probeer ze daarin dan te ondersteunen en om op zichzelf te vertrouwen.’
Hoe ervaar je de samenwerking met BCO-collega’s?
‘Ik weet dat ik met collega’s kan sparren over casuïstiek op bepaalde inhoudelijke thema’s, zeker als het gaat om complexe procesbegeleiding met meerdere stakeholders. Ik neem regelmatig collega’s mee naar opdrachtgevers van wie ik weet dat ze een waardevolle aanvulling kunnen bieden in een vraagstuk. Zo kunnen we krachten bundelen in het belang van de opdracht. Ik merk dat we bij BCO heel toegewijd zijn aan de mensen voor wie we het verschil willen maken. Er wordt hard gewerkt en we nemen nu en dan de tijd voor reflectie. Het vraagt aandacht om de balans goed te bewaken. Het helpt dat we bij BCO veel waardering krijgen en dat er veel wordt gedaan om de onderlinge band te versterken.’