Het Varendonck College ontwikkelde een nieuwe visie op pedagogisch handelen. Maar hoe zorg je ervoor dat alle medewerkers die visie zichtbaar, hoorbaar en voelbaar uitdragen, zodat leerlingen het merken? Een werkgroep, begeleid door BCO, zette de stap van losse initiatieven naar een schoolbrede aanpak.
Het Varendonck College – met locaties in Someren (praktijkonderwijs en vmbo) en Asten (havo en vwo) – streeft naar een positief pedagogisch klimaat waarin leerlingen zich prettig voelen, zodat ze beter leren en zich volledig ontwikkelen. Een werkgroep met tien medewerkers ging daarmee aan de slag. ‘We waren goed op weg, maar om de nieuwe visie goed in te voeren, hadden we een procesbegeleider nodig om ons te ondersteunen en in onze kracht te zetten’, zegt Koen Mommersteeg, docent praktijkonderwijs en lid van de werkgroep. ‘Daar hebben we BCO voor gevraagd.’
Visie: kind achter de leerling zien
De werkgroep ontwikkelde samen met adviseur Sigrid Bokkers van BCO een plan om alle 150 medewerkers – docenten en ondersteunend personeel – mee te nemen. Vier bijeenkomsten en lesbezoeken aan individuele docenten vormden de kern. De eerste bijeenkomst stond in het teken van de visie. ‘Onze visie is kortgezegd dat we het kind achter de leerling zien’, zegt onderwijsmanager Diego van Steen. ‘De eerste stap was dat iedereen begrijpt waarom we een positief pedagogisch klimaat willen en dat ook kan verwoorden en uitdragen.’
De tweede sessie ging over reframen: medewerkers helpen een situatie op een andere manier te bekijken, zodat ze positiever en veerkrachtiger worden. Ook introduceerde de werkgroep de kijkwijzer. Koen: ‘Dat is een feedbackformulier met acht handvatten voor pedagogisch handelen. We hebben het samen met docenten ontwikkeld. Bij een lesbezoek kiest de docent zelf op welke punten de observant extra moet letten. Het is geen beoordeling, maar bedoeld om te leren en te groeien naar de visie toe.’ Het doel is dat de werkgroepleden de observaties uitvoeren. ‘We hebben veel geleerd door met Sigrid mee te lopen tijdens lessen en reflectiegesprekken.’

‘Onze visie is kortgezegd dat we het kind achter de leerling zien. De eerste stap was dat iedereen begrijpt waarom we een positief pedagogisch klimaat willen en dat ook kan verwoorden en uitdragen.’
Veel diepgang met de niveaus van Bateson
Na de tweede bijeenkomst is de deelnemers gevraagd welke steun zij nodig hadden. Dat zorgde in de derde sessie voor inbreng van eigen casussen over gedrag. Die werden besproken met behulp van een intervisiemodel en de zes logische niveaus van Bateson. Die laten zien dat het gedrag van mensen vaak voortkomt uit diepere, onzichtbare lagen. Koen: ‘Een aanvankelijk sceptische collega meldde zich een paar dagen na de bijeenkomst. In de thuissituatie speelde iets waardoor ze zich opeens bewust werd van die niveaus. Het maakte haar duidelijk waarom ze reageerde zoals ze reageerde. Super mooi.’
Sigrid wilde dit voorbeeld in de vierde bijeenkomst gebruiken. ‘Mijn voorstel: medewerkers vertellen elkaar in tweetallen een lastige situatie met een leerling, leggen uit hoe ze reageerden en onderzoeken met Bateson waarom ze zo handelden en of er alternatieven waren. De werkgroep dacht dat de collega’s hier nog niet aan toe waren, maar we hebben het gedaan.’ Diego stelde zich daarbij kwetsbaar op. Sigrid: ‘Hij en ik vormden een tweetal en lieten de groep zien wat de bedoeling was. Het werd een prachtige sessie met voor de meeste collega’s veel diepgang en nieuwe inzichten.’

Professionele groei en gezamenlijke verantwoordelijkheid
De vier bijeenkomsten en lesbezoeken hebben veel effect, zegt Diego. ‘Medewerkers zijn zich bewuster van hun eigen gedrag en de invloed daarvan op anderen. Neem het telefoonbeleid. Als één docent telefoongebruik van een leerling door de vingers ziet, hebben collega’s daar last van. Meer en meer dragen docenten niet langer alleen zorg voor hun eigen klas, maar voelen we ons samen verantwoordelijk voor alle leerlingen en de hele school.’ Volgens hem is de introductie van de drie V’s daarbij belangrijk geweest: veiligheid, vertrouwen en verantwoordelijkheid. ‘Je kunt pas verantwoordelijkheid nemen als je je veilig voelt en vertrouwen krijgt.’
Verantwoordelijkheid hebben is iets anders dan verantwoordelijkheid voelen
Ook de werkgroep zelf maakte een ontwikkeling door, aldus Koen: ‘Aanvankelijk durfden maar een paar leden een bijeenkomst te leiden en collega’s feedback te geven. Nu voelt iedereen zich er comfortabel bij. Daar ben ik trots op. Sigrid gaf ons tools om een verhaal over te brengen en doelgericht activiteiten te ontwikkelen. Ze gaf ook constructieve feedback en stimuleerde ons om stappen te zetten.’ Docenten die lesobservaties niet nodig vonden, zijn achteraf positief. ‘De feedback is professioneel, nooit persoonlijk.’

‘Ik ben trots op de groei die de werkgroepleden hebben gemaakt in dit proces. Het personeelsverloop is sterk gedaald en recent onderzoek laat zien dat kinderen positief zijn over hun docenten.’
De kracht van positief pedagogisch handelen
Volgens Diego zit de school in ‘een mooie vibe’. Collega’s willen, de drie V’s zijn zichtbaar, de werkgroep blijft bouwen en positief pedagogisch handelen vanuit een gezamenlijke visie wordt steeds normaler.’ Dat heeft impact op medewerkers én leerlingen, zegt Koen. ‘Het personeelsverloop is sterk gedaald en recent onderzoek laat zien dat kinderen positief zijn over hun docenten.’ Sigrid: ‘Medewerkers en leerlingen ervaren de kracht van positief pedagogisch handelen. Dit laat zien wat samenwerking oplevert als je de kwaliteiten van iedereen benut.’