Niet voor niets is de naam van het vak Wereldoriëntatie(WO) gewijzigd naar Oriëntatie op jezelf en de wereld (OJW). Voorheen bestond het curriculum uit beheersingsdoelen, waarbinnen enkel feitenkennis binnen thema’s centraal stond. Nu bestaat het curriculum voornamelijk uit aanbodsdoelen waarbij vragen als: ‘Wat betekent dit voor mij?’ en ‘Hoe kan ik hier mijn steentje aan bijdragen?’ het uitgangspunt zijn geworden.
Behalve dat het vakgebied van naam veranderd is, wordt er dus ook iets anders van het onderwijsaanbod gevraagd. Logisch dat de methodes ‘van vroeger’, enkel gericht op kennisoverdracht, niet helemaal meer passen bij wat er van de kinderen gevraagd wordt. Waar eerst de focus lag op het overdragen van kennis bij thema’s als duurzaamheid en afval, worden de leerlingen nu juist uitgedaagd om naar hun eigen gedrag te kijken. Middels het toepassen van vaardigheden leren ze een actieve rol aan te nemen en zelf met oplossingen te komen.
Het vakgebied WO/OJW is doorontwikkeld en ook de methodemakers hebben de afgelopen jaren niet stilgezeten. Het resultaat daarvan is dat er op dit moment enorm veel te kiezen is wat betreft een WO/OJW-methode. Hoe maak je als school dan de juiste keuze?
Voordat je als school aan deze zoektocht begint, is het handig om antwoorden te hebben op een aantal vragen.
Denk daarbij bijvoorbeeld aan:
- Vinden we het belangrijk om voornamelijk kennis over te dragen aan leerlingen, willen we de leerlingen voornamelijk vaardigheden aanleren om zelf tot die kennis te komen of zijn we binnen ons aanbod op zoek naar een combinatie van kennis- en vaardigheidsontwikkeling?
- Hoe volgen we de ontwikkeling van de leerling (kennistoetsing, presentatie en/of vaardigheidsontwikkeling)?
- Bepalen wij wat leerlingen moeten leren of mogen ze zelf ook actief op onderzoek uit?
- Vinden we het belangrijk dat vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, natuur/techniek en burgerschap afzonderlijk worden aangeboden of is het juist krachtig als dit samenkomt in een overkoepelend geïntegreerd thema?
- Speelt een thema zich af binnen het klaslokaal of moet er vooral ruimte zijn om dit groepsoverstijgend, (en misschien zelfs incidenteel schoolbreed) op te kunnen pakken?
Ben je ervan bewust dat er geen enkele methode is die precies antwoord geeft op alle vragen van jouw school. Daarnaast is het ook belangrijk om de rol van de leerkracht in dit proces mee te nemen. Wil je kinderen actief en onderzoekend met thema’s laten werken, dan vraagt dit andere vaardigheden van de leerkracht dan wanneer er kennis wordt overgedragen. Het leren over de wereld om je heen beperkt zich allang niet meer tot groep 5 t/m 8. Door hier vooraf goed over na te denken kun je gemakkelijker een krachtige doorgaande lijn creëren van groep 1 t/m 8.
Ik begeleid scholen die werken met een breed scala aan methodes (o.a. Blink Wereld, Faqta, Topontdekkers, IPC, Jeelo, Naut Meander Brandaan, Wijzer en Da Vinci) en heb hierdoor een compleet beeld van de methodes die op dit moment op de markt zijn en wat ze van een schoolteam vragen. Ook begeleid ik scholen die geen enkele methode passend vinden en aan de hand van de kerndoelen zelf hun WO/OJW-aanbod vormgeven.