In februari 2021 merkte College Den Hulster dat er een aantal leerlingen zichtbaar stoeiden met het afstandsonderwijs. Na een aantal gesprekken bleken deze leerlingen te kunnen worden onderverdeeld in 2 groepen: de eerste groep leerlingen wandelt normaal altijd overal makkelijk doorheen. Door het thuisonderwijs kwamen deze leerlingen erachter dat ze zichzelf eigenlijk nooit hebben aangeleerd hóé ze kunnen leren en kennis vergaren. De tweede groep heeft altijd al moeite gehad met het komen tot leren. Tijdens het fysieke onderwijs kreeg deze groep verlengde instructies en extra hulp op school, zo kwamen de kinderen er altijd wel doorheen. Door de lange periode van thuisonderwijs kregen de leerlingen die extra hulp niet meer en liepen ze vast. De gemene deler bij beide groepen is dat de kinderen niet weten hoe ze zichzelf dingen aan kunnen leren. De leerlingen weten niet hoe ze ‘leren leren’. De zorgcoördinator van College Den Hulster kwam met de vraag ‘Hoe kunnen wij deze groepen leerlingen verder helpen?’ bij BCO terecht.
Op zoek naar een duurzame aanpak
In eerste instantie was Den Hulster op zoek naar een overbrugging: leerlingen in de tijd van het thuisonderwijs bijspijkeren en extra hulp geven, zodat ze na de lockdown de normale dingen weer kunnen oppakken en met de klas kunnen meedraaien. Onderwijsadviseur Nicky van Gerwen ging met de zorgcoördinator in gesprek en samen kwamen ze tot de conclusie dat een duurzame oplossing krachtiger zou zijn. Niet alleen het bijspijkeren van de leerlingen maar ook meteen de docenten scholen zodat zij het in de toekomst zelf kunnen. In onderwijsadviseur Monique La Grouw en gedragswetenschapper Iris Vervuurt vond hij de juiste personen om dit traject uit te voeren. Er is bewust voor gekozen om dit traject uit te laten voeren door een onderwijsadviseur én orthopedagoog. Zo is er de mogelijkheid om specifiek aan te kunnen sluiten bij de behoeften van leerlingen, kunnen we ze scherp in beeld houden en binnen de tijd die er is ook écht tot een krachtige begeleiding komen.
Zowel de leerling als de docent meenemen in het traject
Monique en Iris zijn in maart gestart voor een periode van 4 maanden. Tijdens de eerste bijeenkomsten hebben Monique en Iris informatie opgehaald, zowel bij de leerlingen als docenten, om de beginsituatie in kaart te brengen. Aan de hand van die informatie zijn zij aan de slag gegaan met de uitvoering van het traject. Het doel van dit traject is tweeledig: enerzijds ligt de focus bij de leerlingen op de ontwikkeling van de executieve vaardigheden en anderzijds worden de docenten van de twee groepen in dit proces meegenomen, zodat ze in de toekomst deze lessen zelf kunnen geven. Tijdens de lessen laten Monique en Iris de leerlingen bewust worden van hun eigen leerproces door praktische oefeningen te geven over onder andere planning en motivatie. Zo kunnen de leerlingen de vaardigheden direct toepassen en leren zij hoe ze effectief kunnen leren.
Maatwerk toepassen
De leerlingen krijgen elke vrijdag een uur les van Monique en Iris. Vervolgens komen Monique en Iris op de dinsdag bijeen om de lessen voor de daaropvolgende vrijdag te bespreken. ‘We passen de lessen wekelijks aan op de behoefte van de leerlingen. We bespreken wat er afgelopen vrijdag is gebeurd en bekijken waar we nog meer aandacht aan willen besteden en waar we verder op kunnen bouwen. Op basis hiervan wordt de les voor de volgende vrijdag ontwikkeld. We leveren dus niet een vast programma, maar passen echt maatwerk toe’ aldus Monique. Wekelijks houden ze de overkoepelende doelen in de gaten. De docenten draaien volledig mee in het traject. Op deze manier zorgen ze voor een duurzame ontwikkeling.
"Ik heb van de bijeenkomsten vooral geleerd hoe ik het leerproces moet aanpakken. Ik heb deze vakantie al wat geleerd voor mijn herkansingen. Hierbij heb ik ook wat in dat boekje van de schijf gekeken en dat heeft mij geholpen om makkelijker te leren. Hierdoor haalde ik ook mijn doelen sneller."
Je moet het zélf doen
Monique vertelt: ‘We vroegen laatst aan de leerlingen, ‘wat hebben jullie afgelopen periode geleerd?’ Opvallend was dat een aantal leerlingen aangaf dat ze niet veel had geleerd. Vervolgens zijn we in gesprek gegaan met deze leerlingen en de docenten. De docenten vertelden dat ze juist bij die leerlingen veel verschil zien tussen de beginsituatie en de huidige situatie, in inzicht en vaardigheden. Vaak hebben de leerlingen het zelf niet eens door dat ze aan het leren zijn. Bij die duurzame ontwikkeling hoort ook bewustwording: niet een leerling het sommetje aanleren, maar leren hoe zij zichzelf de som kunnen aanleren. Oftewel: leerlingen de handvatten geven om het zélf te doen en zélf te laten nadenken. We zeggen ook telkens: we zijn geen bijles, we zijn geen vak. Je zit hier echt voor jezelf. Wij zijn hier om je te helpen, je inzichten te geven en je te leren plannen’.